Wit (aan zet) wint!
Oplossing:
Het betreft hier een eindspelstudie van Johann Behting (1856-1946), een van drie Duitse broers, die op gegeven moment hun domicilie in de Balkanlanden vonden en daar tot de betere schakers en probleemcomponisten behoorden. Karl Behting, een van de andere broers behoorde tot de deelnemers aan de schaakolympiade van Parijs in 1924.
Bovenstaand probleem werd voor het eerst gepubliceerd in het Rigaer Tageblatt in 1894.
1. Kf3! (1. Ke4 c5 2. Kd3 Ke8 enz. is remise) c6 2. Kf4 c5 3. Ke4 Ke8 4. Kd5 Kd7 (na 4. ...d3 wordt zwart via Ke6 uiteraard uitgeteld) 5. Kc4 Ke8 6. Kxc5 en wit wint, omdat of pion d4 verloren gaat, of zwart via Kd6 en Ke6 mat gaat, of de witte e-pion promoveert.
Speelt zwart 1. ... Ke8 als antwoord op 1. Kf3, dan volgt: 2. Ke4 c5 3. Kd5 Kd7 4. Kc4 Ke8 5. Kxc5 en wit wint.
Klaas Dijkhuizen van Schaakclub Ten Boer had in de goede richting gedacht, toen hij, zonder veel omhaal van woorden (daar zorg ik wel voor), maar toch, liet weten:
Geen 100% zekerheid, maar de bedoeling moet zijn om e6 te bereiken met de koning op e8. Daar gaan we: Kf3,c6,Kf4,c5,Ke4,Ke8,Kd5 en uit. Klaas, september 02, 2007
Morgen of overmorgen op Alberts SchaakBlog: opgave 130.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten