Ooit stond tijdens een partij, gespeeld op een Olympiade, bovenstaande stelling op het bord. Hoe maakte zwart het uit? Oplossing: R. Letelier Martner - R. Fischer (Olympiade Leipzig, 1960)
1. Txe3!! 2. Txe3 Txe3 3. Kxe3 Dxf4! en hier gaf wit op, omdat op 4. Kxf4 de matzet 4. ...Lh6! volgt. Mijn bron geeft al niet meer de mogelijkheid 4. Kf2, maar het is niet moeilijk in te zien dat na 4. ...Pg4+ Kg2 5. Pe5 voor wit de grond snel te heet onder de voeten zal worden.
Gerrit Kroon, enthousiast schaker (van BOB in Friesland) én regelmatig bezoeker van Alberts SchaakBlog (ik wil niet direct beweren dat deze twee aspecten noodzakelijkerwijs samen moeten gaan, maar toch zie ik wel enige logica....) had het allemaal gezien, want hij stuurde het volgende antwoord op (waarvoor dank), met overigens op het eind een wat andere winstvariant. We kunnen er rustig van uitgaan dat hij ook het met de koning op f4 nemen in zijn overwegingen heeft meegenomen!
1. ... Txe3 2. Txe3 Txe3 3. Kxe3 Dxf4+ 4. Kf2 Pe5 5. Dd1 Pfg4+ 6. Kg2 Pe3+ en zwart wint. G. Kroon, BOB, 4 februari 2008.
(Ph. Geluck)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten