dinsdag, augustus 12, 2008

Oplossing opgave 163 (van 9 augustus)

Hoe ging wit, al combinerend, vanuit bovenstaande stelling, winnend verder?

Oplossing (iets eerder dan gepland): Borchardt - Grabczewski (Polen 1977)

Met deze opgave is het een beetje mis gegaan. Ik had geen kant en klare opgave aan een of andere bron ontleend, maar zelf een opgave 'gemaakt', uitgaand van een bepaald partijfragment. Ook had ik me nog even afgevraagd of de stelling wel gewonnen was, maar dat op een gegeven moment maar aangenomen (nooit doen!) ook omdat in de annotatie na wits 39e zet +- werd aangegeven, wat toch echt betekent dat wit gewonnen staat.

De voortzetting was: 31. De8+!! Txe8 32. Txe8+ Kh7 33. Pf6+! gxf6 34. T1e7+ Dg7 35. Txg7+ Kxg7 36. Txd8 Txh5 37. Td7+ Kg6 38. c4 bxc4 39. bxc4 +- (volgens het boek tenminste) c6?! 40. d6 Tc5?! 41. Tg7+! Kxg7 42. d7 Txc4 43. d8D en zwart gaf op. De annotatie is van de Poolse schaker Pytel.

Roelof Kroon (SC Ten Boer), altijd goed voor een correcte oplossing, had het dit keer moeilijk, wat begrijpelijk is. Hij stuurde als zijn oplossing in (dank!) wat in feite de exacte gang van zaken in de partij was(!) tot en met zet 39 van wit:

Meestal kom ik vrij snel tot een oplossing, maar bij deze opgave moet ik het antwoord schuldig blijven. De enige manier om nog iets te proberen (tenminste dat zou ik spelen): 1. De8+ Txe8 2. Txe8+ Kh7 3. Pf6+ gxf6 4. T1e7+ Dg7 5. Txg7+ Kxg7 6. Txd8 Txh5 7. Td7+ Kg6 8. c4 bxc4 9. bxc4, maar volgens mij staat zwart minimaal gelijk in dit scherpe toreneindspel. Zo word ik als wit zijnde zeer onrustig van de f-pion: 9... f5 10. Txc7 f4 en hoe stopt wit de f-pion, die misschien wel één zet later promoveert dan wits d-pion, maar dat wel met schaak doet... Kortom ik weet het niet, maar zou 1. De8+ spelen. Roelof, 10 augustus 2008 21:17

Albert: waarschijnlijk is de stelling na de 39e zet van wit inderdaad niet gewonnen.

Ik heb een en ander nog even aan Fritz voorgelegd:

Het gaat dus om bovenstaande stelling. Gewonnen voor wit, remise of gewonnen voor zwart? Zwart is aan zet.

Fritz zegt het volgende:

A. = + 1. ... c6 2. d6 Kf5 3. Th7 Th1+ 4. Kc2 Th4 5. Kc3 c5 6. Txa7 Ke5 7. Tf7 Ke6 8. d7 Td4 9. Th7 Txd7 10. Txh6 Tf7

B. = 1. ... c5 2. Tc7 f5 3. Txc5 f4 4. d6 f3 5. d7 f2 6. Tc6+ Kf7

Uit zichzelf komt Fritz niet met 1. ...f5, wat erg sterk lijkt en wat ook de eerste reactie van Roelof is.

De stelling vervolgens weer aan Fritz voorgezet, nu na 1. ...f5. Dat geeft:

C. = 1. ...f5 2. Txc7 f4 3. d6 f3 4. d7 f2 5. Tc6+ Kf7 6. Tf6! (dat komt ook na andere zetten van zwart) Ke7 7. Txf2 Kxd7 8. Tf7+ Kg6

D. = 1. ...f5 2. 2. Kc2 f4 3. Txc7 f3 4. Tc6+ Kg7 ( 4. ...Kg5 5. Kd2) 5. Tc7+ Kg6

Laten we het maar als een foutje in de annotatie beschouwen en daarna iets te luchtig opgevat door Alberts SchaakBlog!

1 opmerking:

  1. Zo'n 'foutje' maakt de opgave misschien alleen maar leuker. Het wordt dan een beetje meer echt schaken. Daar staat ook geen groot bord met: wit aan zet en wint geforceerd.

    Roelof

    BeantwoordenVerwijderen