donderdag, februari 28, 2013

Opgave 266 + Gasperikelen (4)


Hoe maakte de witspeler (aan zet) 'zijn karwei af?' 
(N.B.: een goede oplossing bestaat uit meer dan alleen zet 1!)



Stuur je antwoord uiterlijk vrijdag 8 maart naar Alberts SchaakBlog! In het weekend van 9 en 10 maart volgen dan oplossing, partijgegevens en ontvangen reacties.

Opsturen gaat het makkelijkst op de volgende manier:

1) Klik op 'comments' (rechts onder deze post); dan de oplossing intikken bij 'laat een reactie achter' met vermelding van je eigen naam (meteen onder de tekst). 

2) Woordverificatie (gegeven woord overnemen in kadertje).
3) Kies een identiteit: overslaan.
4) Klik onderaan op 'anoniem' en je antwoord is 'in principe' geplaatst.

Dat je gereageerd hebt zal bij comments te zien zijn (aanklikken om die te lezen!) en je reactie wordt t.z.t. (zie bovenvermelde datum), in zijn geheel, tegelijk met het juiste antwoord en verdere details, op het 'direct zichtbare' weblog gezet.



Terzijde:

Gasperikelen (4)

Alweer wordt mij door de Volkskrant-rubriek Geachte redactie, ofwel de ingezonden brieven, geen rust gegund. De heer Henk Duis uit Rheden heeft een briefje naar de krant gestuurd dat zonder slag of stoot tot Brief van de dag (28 februari) is gebombardeerd. Een beetje een tegenvaller. Misschien moet ik zelf eens een briefje sturen...  Maar wacht eens, dat heb ik gedaan, geruime tijd geleden, toen in een voetbalverslag de betreffende wedstrijd werd vergeleken met een 'saaie schaakpartij'. Ik vond mijn reactie een goede inzending, al zeg ik het zelf, maar de Volkskrant meldde mij dat er gezien het aantal brieven geen plaats voor was. Je moet maar pech hebben!

Nee, dan de brief van Duis. Ik zal proberen kort te zijn, voor die beklagenswaardige medeburgers die niet de Volkskrant lezen. Hij stelt dat weliswaar de laatste tijd de provincie Groningen geteisterd wordt door aardbevingen, maar 'dat de aardlagen ver voor de aardgaswinning al niet stevig waren' en dat dat blijkt uit de kroniek van Wittewierum van abt Emo ('ene Emo').

De heer Duis vermeldt bovendien dat het hier gaat om een van de oudste handschriften van de UB Groningen. Laat ik daar nu 34 jaar gewerkt hebben, maar dat handschrift heb ik op onverklaarbare wijze gemist. Waarschijnlijk zat ik te vaak in de kantine....

Wittewierum is overigens wel enkele keren onderwerp van mijn weblog geweest (men voere het woord Wittewierum in, links bovenaan mijn weblog in het zoekbalkje), maar dat geheel terzijde.

De heer Duis citeert dan uit betreffende kroniek het volgende:

'27 oktober 1225 was er op vele plaatsen een vreselijke aardbeving en omstreeks het zesde uur van de dag scheurde de oppervlakte van de vloer, de muren stonden te wankelen en de zolderingen leken wel door een storm heen en weer te slingeren. De maan was toen 22 dagen oud. Daarna volgde een periode van overvloedige regens, en de weiden werden gevuld met het water uit de bovenste afgrond'.

Even daargelaten dat volgens mij de maan zelfs al in 1225 iets ouder was dan 22 dagen (humor) lijkt de laatste zin regelrecht afkomstig uit de memoires van Noach, opgetekend toen hij terugblikte op zijn avontuurlijke tocht met de ark.

Maar nu even terzake. Wat wil de heer Duis nu eigenlijk met dit briefje? Er zijn twee mogelijkheden:

1) de heer Duis heeft zijn ingezonden brief als grap bedoeld. In dat geval vind ik niet dat hier sprake is van een dijenkletser, omdat het onderwerp iets te ernstig is. Alleen een inwoner van het betreffende gebied (zoals schrijver dezes) kan en mag een poging tot relativering wagen, zoals ik in een vorige bijdrage deed met een cartoon van Fokke en Sukke, naast mijn serieuze reactie. Wanneer anderen, wonend in een gebied dat van aardbevingen geen last heeft, vanuit hun stabiele huisjes, over dit onderwerp grapjes gaan maken, maken ze zich tegelijkertijd licht verdacht.

2) de heer Duis heeft een en ander echt gemeend. In dat geval is er  sprake van een ernstige kwestie. We moeten dan kennelijk gaan denken dat, aangezien er immers 800 jaar geleden (weet je nog wel, oudje?) ook al eens een aardbeving is geweest, de Groningers zich geen zorgen hoeven te maken (en zeker niet voor stennis moeten zorgen); zij wonen nu eenmaal in een regio waar dit soort natuurverschijnselen zich voordoet.... 

Mag ik de heer Duis er op wijzen dat we hier momenteel niet met natuurlijke aardbevingen te maken hebben, maar met door mensen veroorzaakte? Ook de heer Van de Kerkhoff (zie mijn vorige reactie op een ingezonden brief) leek niet bij machte dit verschil te beseffen. Erg jammer, want dat is nu net een cruciaal punt.

Motto van dit alles:

Een moment van bezinning lijkt aanbevelenswaardig alvorens een commentaar naar de krant te sturen: is eventuele humor op zijn plaats, of, als het stukje serieus is bedoeld: kloppen de feiten, slaan gemaakte vergelijkingen ergens op, of is er misschien sprake van een geheel onnodig en onterecht aandacht vragen?

4 opmerkingen: