donderdag, juli 09, 2015

Krantenartikelen over schaken

In de afgelopen week zijn in de dagbladen verschillende artikelen over schaken verschenen die het lezen waard zijn.

In de NRC van zaterdag en zondag 4-5 juli (NRCWeekend L6 en L7) een interview onder de titel: 'Vrouwen kunnen wel schaken' met Marian Donner (41), de dochter van grootmeester Jan Hein ('Hein') Donner (1927-1988). Jan Hein beweerde immers dat vrouwen niet kunnen schaken. Ze zijn (volgens Donner) weliswaar beter dan mannen in veel opzichten, maar schaken hoort daar (kennelijk) nou net niet bij.


Waarom vrouwen wél zouden kunnen schaken blijkt naar mijn idee niet zo duidelijk uit het interview. Sommige opmerkingen lijken daarmee zelfs in tegenspraak. In het nu lopende NK spelen weliswaar vrouwen mee, staat in het artikel te lezen, maar dan wel in een aparte vrouwengroep. "Een soort Paralympics dus."

Marian is van mening dat haar vader zich wilde onderscheiden van de rest van zijn familie, die voor een flink deel uit rechtsgeleerden en ministers bestond. "De Donners zijn gelovig en koningsgezind. Nee, dat was mijn vader allemaal niet".


Een misser is volgens mij de onthulling (?) dat Jan Hein het spel zou hebben geleerd uit Oom Jan leert zijn neefje schaken. Als Donner ooit één schaakboekje op vreselijke wijze gekraakt heeft dan is het dat werkje wel. Het is maar goed dat hij deze openbaring niet meer heeft hoeven meemaken.
--------------------

In de Volkskrant van woensdag 8 juli (p. 20, Opinie & Debat) komt Max Pam uitgebreid op bovenstaand artikel terug, in zijn column: 'Logica, intuïtie en vrouwenschaak'. Hij herinnert daarin ondermeer aan de vermaarde uitlating van Donner toen een boze dame reageerde op zijn opmerking dat vrouwen niet kunnen schaken (en het ook nooit zullen leren). Deze mevrouw schreef dat hij discrimineerde en vergeten was eraan toe te voegen dat ook negers niet kunnen schaken. Donner reageerde daarop met de fraaie vondst dat de mevrouw zich vergiste: "Negers kunnen best schaken, maar negerinnen kunnen het niet. Dat is het nu juist". Verder vond Donner, zoals al vermeld, de vrouw trouwens in alle opzichten superieur aan de man. Typisch Donner zullen we maar zeggen.

Pam begrijpt overigens het verschil tussen man en vrouw in schaaktechnisch opzicht niet helemaal. Bij iedere 100 topschakers is vandaag de dag één vrouw. Aan het achterblijven van de emancipatie zal het wel niet liggen, denkt hij en besluit met: "Statistisch gezien had er allang een vrouwelijke wereldkampioen schaken moeten zijn".

-----------------------

In de Volkskrant van donderdag 9 juli een aardige Stekel van Raoul du Pré over Jan Nagel van 50+:



P.S.

Nog even over Marian Donner. Kijk bij De boekenkast van Marian Donner waar haar enkele vragen over haar boeken worden gesteld.

Eén daarvan luidt:


Van welk boek heeft u het meest geleerd? Wat heeft u ervan geleerd?
"Hoe Jakko de aap toevallig thuis kwam, met daarin de wijze les dat bijna alles in het leven op toeval berust. Je moet vooral geluk hebben". 

Helemaal mee eens. Ze heeft net zo'n nuchtere en realistische kijk op het leven als haar vader had. Een eigenschap die veel mensen helaas missen.

zaterdag, juli 04, 2015

Anekdotes uit de schaakwereld (21)


In 1974 speelt Michail Tal op een toernooi in Polen tegen de Pool Adamski. Beide spelers zijn in tijdnood. De vlag van Adamski valt, maar op hetzelfde moment ziet Tal dat hij een stuk gaat verliezen en hij geeft op, waarop de vrouw van Tal reageert met: “Zwart (Adamski) heeft nog geen 40 zetten gedaan”. De arbiter komt erbij en kent de winst aan Tal toe, die uiteindelijk ook het toernooi wint.

Tijdens de 13e  Schaakolympiade in München in 1958 spelen Toran (Spanje) en Bisguier (USA) tegen elkaar.  Als de Amerikaanse meester opgeeft zegt Toran glimlachend: “Ik ben heel blij, dit is mijn mooiste verjaardagscadeau!” Zijn tegenstander antwoordt: “OK, maar toevallig is het vandaag ook mijn verjaardag!”

Twee anekdotes betreffende de Russisch-Franse schaker Ossip Bernstein (1882-1962):

In 1918 wordt Bernstein in Odessa gearresteerd door de cheka, de communistische geheime staatspolitie, en ter dood veroordeeld. Het executiepeloton staat al klaar, als een bevelvoerende officier de lijst met veroordeelden doorneemt en wanneer hij de naam Bernstein ziet aan hem vraagt of hij de bekende schaker is. Bernstein antwoordt bevestigend, waarop de twijfelende ondervrager een partij voorstelt. Als B. verliest of remise maakt zal hij doodgeschoten worden. Bernstein wint makkelijk, wordt vrijgelaten en vlucht naar Frankrijk, naar Parijs.

In 1954 eindigt hij (inmiddels 72) in een toernooi in Montevideo op een gedeelde tweede en derde plaats samen met de Argentijn Miguel Najdorf, achter René Letelier. Najdorf protesteert dat het eigenlijk oneerlijk is om tegen zo’n oud iemand te spelen en is er vervolgens zo van overtuigd dat hijzelf de eerste prijs gaat winnen, dat hij de wedstrijdleiding zover weet te krijgen dat ze de prijs voor de eerste plaats verdubbelen, ten koste van de andere prijzen. Een gok die helemaal verkeerd uitpakt: Bernstein verslaat hem in een spectaculaire partij van 37 zetten, die bovendien de schoonheidsprijs wint!

Albert Prins

Bovenstaande schaakanekdotes verschenen ook in de regiokrant BuurContact van 3 juli 2015.


---------------------------------------

Terzijde:

Orthodoxie is het graf der intelligentie, onverschillig van welke aard de orthodoxie is.
***
Een van de symptomen van een nakende zenuwinzinking is het geloof dat je werk ontzettend belangrijk is.

***
Na reusachtige perioden alleen onschuldige trilobieten en vlindertjes geproduceerd te hebben, kwam de evolutie zover dat zij Nero's, Dschengis Khans en Hitlers het licht deed zien. Maar dat is  een voorbijgaande nachtmerrie: mettertijd zal de aarde geen leven meer kunnen onderhouden en zal er alom weer vrede heersen.

Bertrand Russell (1872-1970), Brits wis- en natuurkundige van wereldnaam, wijsgeer en Nobelprijswinnaar voor literatuur.

vrijdag, juni 05, 2015

Anekdotes uit de schaakwereld (20)

In Hastings (Engeland) wordt ieder jaar, eind december, een schaaktoernooi georganiseerd. In het toernooi van 1922 moest Akiba Rubinstein spelen tegen de Engelsman George Norman. Norman zat al klaar in de toernooizaal, maar er was geen spoor van de grote meester Rubinstein. Nadat diens klok een uur had gelopen kwamen de officials erachter dat R. nog in zijn hotelkamer lag te slapen. Nadat hij was gewekt en zich naar de toernooizaal had gehaast, bleek daar dat hij nog 30 minuten had om zijn eerste 40 zetten te doen. Toch won hij omdat Norman uiteindelijk de bedenktijd overschreed!


Heel bekend is de anekdote omtrent een ‘rookincident’ tijdens het schaken. Alleen is niet zeker wie de twee betrokken schakers waren. Wel is duidelijk dat de één Nimzowitsj was (die allergisch was voor sigaretten- en sigarenrook), maar als zijn tegenstander komen Lasker, Vidmar, Bogoljobow en Tartakower in aanmerking. Laten we aannemen dat het Lasker was.
De partij is begonnen en Lasker haalt een krachtige sigaar tevoorschijn en begint die langzaam van zijn cellofaantje te ontdoen, waarna hij de sigaar naast het bord legt. Vanaf dat moment is Nimzowitsj volledig afgeleid en geobsedeerd door het rooktuig. Op het laatst gaat hij opgewonden naar de wedstrijdleider en doet zijn beklag. Samen komen ze naar het bord en Lasker vraagt wat er is. “Je weet heel goed wat er aan de hand is” roept N. en hij beschuldigt Lasker van het hem in de war willen brengen om zo te proberen zijn partij te bederven. “En dat laat ik niet toe!” Dan merkt de toernooileider op dat Lasker toch niet rookt, waarop N.  overstuur uitroept: “Dat kan wel zijn, maar iedereen weet dat Lasker geschreven heeft dat de dreiging veel belangrijker is dan de uitvoering!”


Voorafgaand aan een zware operatie waarbij bij Michail Tal een nier zou worden weggenomen schreven de artsen Tal krachtige kalmerings-middelen voor. Tal werd toen gevraagd of hij morphinomane (Frans voor drugsverslaafd) was geworden. Hij antwoordde:  “Ik ben niet morphynomane (Morphy was een beroemde Amerikaanse schaker), ik ben “tchichorinomane” (Tsjichorin was een beroemde Russische schaker).


De Nederlandse grootmeester Jan-Hein Donner omschreef het schaakspel eens als “het tegendeel van communicatie”. Een ooit gedane uitspraak van Akiba Rubinstein, die daar prima op aansluit,  toen hem eens gevraagd werd tegen wie hij die avond moest  spelen: "Vanavond speel ik tegen de zwarte stukken!"

Albert Prins

Bovenstaande anekdotes verschijnen ook vandaag, vrijdag 5 juni 2015, in de regiokrant BuurContact. 

woensdag, mei 27, 2015

SC Ten Boer (senioren) opgeheven



In een naar mijn smaak iets te opgewekte ledenvergadering (zo gaan die dingen) is gisteravond een eind gekomen aan het seniorenschaak in Ten Boer. We hielden het prettig, er was drank, er waren lekkere hapjes (het leek wel feest!) bestuursleden werden bedankt en kregen als stoffelijk blijk van waardering een heel mooie cadeaubon voor bewezen diensten in (voor sommigen onder hen) de afgelopen bijna 40 jaar. Lovende woorden van bijvoorbeeld Piet, Gerard en Marten aan het adres van de bestuursleden kwamen aangenaam over. Marjolein werd als dank voor de jaren van goede bediening verblijd met een mooi boeket. Verschillende clubleden betuigden hun spijt bij het verdwijnen van de club en gaven te kennen al of niet met schaken door te gaan. 

Jan was in feite al naar Usquert verhuisd, Klaas, Piet en Albert gaan ook hoogstwaarschijnlijk bij een andere club spelen, waarbij Bedum en Lewenborg, gezien de reisafstanden, hoge ogen gooien. Gerard en Wopko houden op, Marten en Ad aarzelen nog. Harm was op vakantie, dus zijn plannen zijn onbekend.

Klaas had zoals gewoonlijk een krachtig financieel verslag gemaakt, waar iedereen volmondig (vanwege eerder genoemde hapjes) mee instemde. Op dat gebied hoeven we ons geen zorgen te maken, dat was duidelijk. Het spelmateriaal en de klokken gaan naar de jeugd: ook aan hen werd dus gedacht.

Ik had zelf de volgende tekst uitgedeeld aan het begin van de avond:  


Bij het verdwijnen van Schaakclub Ten Boer

In 2008 zette ik de volgende tekst op Alberts SchaakBlog:

De club werd op 12 februari 1948 opgericht, onder de naam 'Ons Genoegen' en startte, volgens de eerste inventarislijst, met 10 borden met stukken en 2 klokken. Hier kwam een lening van f 100,- (tegen lage rente, dat dan weer wel) bij de plaatselijke spaarbank aan te pas. Het toenmalige bestuur bestond uit de heren Bodde, Slagter, Sijbolts, Van Bruggen en Woltjer. Het eerste clublokaal was verrassend genoeg gehuisvest in het zelfde gebouw als het huidige: de openbare lagere school, nu horecacentrum 'Buurhoes'.

Het bestuur ging voortvarend te werk, want nog in hetzelfde jaar 1948 slaagde men er in om niemand minder dan oud-wereldkampioen Max Euwe in Ten Boer een simultaan te laten geven.

In 1949 sloot de club zich aan bij de Noordelijke Schaakbond (NOSBO).

In 1951 wordt in de jaarvergadering gestemd over de toelating van vrouwen tot de club. Twee leden stemden tegen(!), de rest van de club was voor. Of het aan die tegenstemmers heeft gelegen, is niet geheel duidelijk, maar vrouwen hebben zich sindsdien zelden of nooit gemeld!
Verder valt op dat in die jaren voor twee kopjes koffie 5 cent moest worden betaald. Waar blijft de tijd!

In 1962 werd de naam van de club veranderd in Schaakclub Ten Boer. Het ledenaantal fluctueerde nogal: waren er in 1973 maar liefst 28 seniorenleden (Spasski-Fischer!), midden 80er jaren waren dat er zo'n negen, zodat de club een kleine crisis te verwerken kreeg. Die kwam men echter te boven en momenteel schommelt het aantal rondom de vijftien.

Hoogtepunten in de clubgeschiedenis waren later de promotie naar de 1e klasse, waar sindsdien met één jaar onderbreking, met wisselend succes wordt gespeeld en met name het veroveren van de NOSBO-beker in 2002: een prestatie voor zo'n kleine vereniging.

Memorabel is verder het (her)oprichten in 2006, door Roelof Kroon, van een jeugdafdeling, waarin sindsdien wekelijks met veel enthousiasme wordt geschaakt.
________________________________________________________________________________

Weinig vermoedde ik toen dat na het ‘rond de 15 schommelen’ (zie hierboven) in de jaren daarna langzaam maar zeker een daling van het ledental zou worden ingezet. Aanvankelijk hadden de redenen daarvan te maken met buiten Ten Boer wonen en minder tijd ter beschikking hebben. Verschillende jeugdleden die het eens bij de senioren probeerden, haakten helaas vrij snel af na het uitblijven van successen, dus dat zette, wat ledenaanwas betreft, geen zoden aan de dijk. Het enige jeugdlid dat geruime tijd heeft meegedaan was Alfred Rodenboog, die na het seizoen 2013-14 in Groningen ging studeren en zodoende uit het zicht verdween. 

Echt in ademnood is de club pas gekomen door het achtereenvolgens in de afgelopen periode afzeggen van onze voorzitter Wim van Dijken, clubkampioen Roelof Kroon en, als laatste, secretaris Jan Pilon. Dit gegeven, gevoegd bij het feit dat diverse pogingen tot ledenwerving (weblog, regionale pers) schipbreuk leden, ja zelfs geen enkele reactie van betekenis opleverden, heeft de doorslag gegeven en tot het besluit geleid onze schaakclub niet langer te laten voortbestaan.

Heel jammer voor de club en voor het verenigingsleven in Ten Boer. Er valt nog wel meer over te zeggen, maar ik zal het maar laten bij de opmerking dat het ook best anders had kunnen lopen.

De club heeft goede jaren gekend. Met de mooiste herinneringen daaraan zullen we het moeten doen.

_____________________________________________________________________________

Tot slot de resultaten van ons laatste seizoen, 2014-2015:

Onderlinge competitie:

1. [Clubkampioen] Klaas Dijkhuizen 460½ punt (2SN1, 13-14); 2. Albert Prins 404½ punt (3SN1, 14-13); 3. Piet Beetsma 325½ punt (1SN1, 14-14); 4. Jan Pilon 311 punten (1SN, 9-7); 5. Marten Berends 239 punten (2SN1, 10-11); 6. Gerard Zijlema 180 punten (1SN, 13-13); 7. Ad Mertens 162½ (2SN, 12-13); 8. Wopko Dijkema 158½ punt (1SN, 13-14); 9. Harm Buter 143½ punt (1SN, 13-12)

Behaalde scores en scorepercentages:

Klaas    24 punten uit 27: 88.8%   (vorig seizoen 87.5%)
Albert   21   "     "  27: 77.7%   (   "     "    63.1%)
Piet     17.5 "     "  28: 62.5%   (   "     "    64.2%)
Jan      11   "     "  16: 68.7%   (   "     "    64.7%) 
Marten   9½   "     "  21: 45.2%   (   "     "    50%)
Gerard   9    "     "  26: 34.6%   (   "     "    50%)
Ad       7    "     "  25: 28%     (   "     "    20.4%) 1e!
Wopko    8½   "     "  27: 31.4%   (   "     "    29.4%)
Harm     6.5  "     "  25: 26%     (   "     "    38%)

Van de niet-prijswinnaars heeft Ad de grootste stijging van het scoringspercentage.  

NOSBO-scores: 1. Piet (4½ uit 6); 2-3. Klaas en Albert (4 uit 6)
                      
Albert Prins.

Op het eind van de avond namen de aanwezigen afscheid van elkaar en verlieten het Buurhoes, in ieder geval op weg naar huis, maar misschien ook op weg naar een nieuwe club of een geheel nieuwe hobby! 

Na 67 jaar geen Schaakclub Ten Boer meer. En dan niet concluderen: 'het heeft zo moeten zijn' (wat ik ergens meende op te vangen), want dat slaat helemaal nergens op. Ik ben niet zo gediend van allerlei fatalistische ideeën en uitspraken. De enig mogelijke conclusie is: 'heel triest dat het zover is gekomen!'

Reacties:

Roland Kroezen:

Het spijt me dit te lezen, erg jammer dat het zo is gegaan.
27 mei 2015 13.41

Derk Schuttel:

Ik sluit me, met weemoed, aan bij de vorige spreker. Erg jammer. Ik kwam met plezier af en toe even buurten bij mijn oude club, waarvan ik een jaar of 10 lid ben geweest. Gezien de afstand en mijn eigen clubverplichtingen op dinsdag zat er niet veel meer in.
Ook in Grijpskerk worstelen we met vergelijkbare problemen en houden we het hoofd moeizaam boven water.

Het allerbeste en hopelijk tot ziens,
28 mei 2015 11.27



woensdag, mei 20, 2015

Eindstand seizoen 2014-2015 SC Ten Boer



Plaats      Rangwaarde      Naam        Punten      Wit-Zwart  

  1    2SN1    20       K. Dijkhuizen    460½         13-14

  2    3SN1    19       A. Prins         404½         14-13
  3    1SN1    18       P. Beetsma       325½         14-14
  4    1SN     17       J. Pilon         311           9-7
  5    2SN1    16       M. Berends       239          10-11
  6    1SN     15       G. Zijlema       180          13-13
  7    2SN     14       A. Mertens       162½         12-13
  8    1SN     13       W. Dijkema       158½         13-14
  9    1SN     12       H. Buter         143½         13-12 


Behaalde scores en scorepercentages:

Klaas    24 punten uit 27: 88.8%   (vorig seizoen 87.5%)

Albert   21   "     "  27: 77.7%   (   "     "    63.1%)
Piet     17.5 "     "  28: 62.5%   (   "     "    64.2%)

Jan      11   "     "  16: 68.7%   (   "     "    64.7%) 
Marten   9½   "     "  21: 45.2%   (   "     "    50%)
Gerard   9    "     "  26: 34.6%   (   "     "    50%)
Ad       7    "     "  25: 28%     (   "     "    20.4%)1e!
Wopko    8½   "     "  27: 31.4%   (   "     "    29.4%)
Harm     6.5  "     "  25: 26%     (   "     "    38%)


Van de niet-prijswinnaars heeft Ad de grootste stijging van het scoringspercentage en hij wint dus de daarvoor beschikbare prijs.

Laatste ronde clubcompetitie 2014-2015 SC Ten Boer



Gisteravond werd de 34e en laatste ronde gespeeld van het seizoen 2014-15 en tevens zeer waarschijnlijk de laatste ronde überhaupt. De definitieve beslissing hieromtrent wordt volgende week op de jaarvergadering genomen.

Ronde 34:

Klaas Dijkhuizen (w) - Ad Mertens: 1 - 0
Piet Beetsma (w) - Wopko Dijkema: 1 - 0
Gerard Zijlema (w) - Marten Berends: ½ - ½

AMK: Harm Buter en Jan Pilon
SN: Albert Prins

Albert had besloten een finaal SN te nemen, zodat de overige aanwezigen nog één keer aan de bak konden. 

Klaas-Ad
BIj een afruil na de openingsfase loopt zwart een dubbelpion op. Zwart speelt niet slecht en verdedigt zich enige tijd goed. Toch onstaat een stelling waarin wit de betere uitzichten heeft door de riskante positie van de zwarte koning.



Even later gaat van de dubbelpion er één verloren. Wit ondermijnt de zwarte koningsstelling door twee pionoffers, waarvan het eerste wordt aangenomen en het tweede niet. Het mag voor zwart niet meer baten: wit bouwt aan een beslissende aanval en dwingt zwart tot overgave.


Klaas-Ad

Piet-Wopko


Een koningsgambiet, waarbij zwart kort na de opening een stuk verliest door wat slordig verdedigingswerk. De witte batterij Lc4/Db3 zaait dood en verderf en wordt zwart snel fataal.

Piet-Wopko
Gerard-Marten
Engelse partij: 1. c4 e5 2. Pc3 Pc6 3. g3 Lc5 4. Lg2. Later manoeuvreert zwart niet handig en laat een pionopmars naar d4 toe, die een stuk kost tegen een pion. 


Moment uit het eindspel
Later gaan de dames van het bord en lijkt wit op de winst af te gaan, maar op het laatst laat hij het afweten, als een beslissende koningszet achterwege blijft. Zwart is daardoor nog net in staat remise af te dwingen, omdat wit zijn extra loper moet offeren om erger te voorkomen.

woensdag, mei 13, 2015

Ronde 33



In de 33e en één na laatste ronde van de onderlinge competitie 2014-15 werden drie partijen gespeeld en waren ook drie afwezigen. 

De uitslagen:

Marten Berends (w) - Klaas Dijkhuizen:  0 - 1
Ad Mertens (w) - Wopko Dijkema:  0 - 1
Gerard Zijlema (w) - Albert Prins:  0 - 1

AMK: Jan Pilon, Harm Buter en Piet Beetsma.

Marten-Klaas
Toen ik bij Marten-Klaas een kijkje nam had zwart net wit in de houdgreep genomen en was een beslissend pionzet mogelijk. Zeer waarschijnlijk kwam die ook, want kort daarna hoorde ik Marten de partij opgeven.

Ad-Wopko
Ondanks het feit dat af en toe kreten van ontsteltenis Wopko's mond verlieten, slaagde de zwartspeler er toch in wit op zeker moment een pion afhandig te maken en enige tijd daarna de partij te winnen.


Gerard-Albert. Aanvankelijk speelde wit goed en wist enig initiatief op de koningsvleugel te ontwikkelen. Na een welgeplaatste damezet van zwart kwam er een keerpunt in de partij. Wit had een paardzet moeten proberen, waarna het spannend had kunnen worden, ofschoon zwart er waarschijnlijk wel uitgekomen was. Wit koos echter voor een andere voortzetting, waarbij niet alles op rolletjes liep en kwam snel op verlies te staan. Na de 19e zet van wit was de stelling hierboven bereikt. Zwart moet opschieten voordat wit tot een zet als e4 komt. Daarom 19. ... Dc4! De open c-lijn brengt zwart de winst. Er volgde: 20. Dxc4 Txc4 21. Tg3 f5 22. h3 Ph6 23. Tf3 Pf7 24. Tc1 Tec8 25 Pe2 Tc2 26. Td1 Pg5 en een paar zetten later gaf wit op. Er gaat materiaal verloren. Na 20. ... Txc4 had wit 21. Pb5 moeten proberen, waar zwart trouwens ook op zat te wachten. Er had kunnen volgen: 21. ... Tc2 22. Pd6 Tb8 23. Le1 Lf8 24. Lh4 Lxd6 25. exd6 Ph6 en zwart kan nog op tijd Pf7 spelen.

De stand na 33 ronden:

1. Klaas Dijkhuizen 446½ p. (2SN1, 12-14); 2. Albert Prins 391½ (2SN1, 14-13); 3. Piet Beetsma 312½ (1SN1, 13-14); 4. Jan Pilon 305 (1SN, 9-7); 5. Marten Berends 231½ (2SN1, 10-10); 6. Gerard Zijlema 172 (1SN, 12-13); 7. Ad Mertens 162½ (12-12); 8. Wopko Dijkema 158½ (1SN, 13-13); 9. Harm Buter 139½ (1SN, 13-12).

Nog één ronde en dan de jaarvergadering. Ik zie er niet naar uit, naar deze verreweg meest onaangename clubvergadering ooit, maar alles wijst erop dat we door het zure appeltje heen moeten. Het blijft muisstil in de Ten Boerster dreven, dus we gaan er nog steeds van uit dat het seniorenschaak hier, zacht uitgedrukt, zijn langste tijd heeft gehad.

Terzijde 1:

Mijd mijn woorden wanneer uw gemoedsrust u lief is! Onwetendheid is geen schande, voor meesten betekent het geluk. En inderdaad, onwetendheid is het enig mogelijke geluk op deze wereld. Gooi het niet lichtzinnig weg! 

Patrick Süskind: De erfenis van maître Mussard

Terzijde 2: Schaken in de literatuur

Het is een bijzonder ordinair en boosaardig gebaar wanneer men de koning omstoot ten teken van opgave. Het is of men achteraf het hele spel vernielt. En het maakt een akelig geluid wanneer de omgestoten koning tegen het bord slaat. Elke schaakspeler geeft dat een steek in het hart. 
De jongeman, nadat hij de koning verachtelijk door een simpele tik met zijn vinger had omvergestoten,  stond op, gunde noch zijn tegenstander noch het publiek een blik waardig, groette niet en vertrok.

Patrick Süskind: Een strijd

Patrick Süskind: De erfenis van maître Mussard: drie geschiedenissen en een beschouwing. - Amsterdam: Bakker, 1995. - 89 p. ISBN 90-351-1649-6.

In drie verhalen (De erfenis van maître Mussard / Het dictaat van de diepgang / Een strijd) zijn een wijsneuzige edelsmid die een helder visioen krijgt, een kunstenares, wier eerste tentoonstelling slechte kritieken krijgt en dan een ingrijpend besluit neemt en een schaker die als charlatan wordt ontmaskerd, op zoek naar het genie in zichelf of in een ander. Ze gaan ten onder omdat ze te veel of juist te weinig weten van hun talenten, hun falen en van de kosmos (tekst op omslag).

[Het soort onsportieve handelingen als hierboven omschreven, komen bij het schaakspel nogal eens voor. Eerst ziel en zaligheid op het spel zetten om te winnen en als dat dan later niet gelukt is, zonder boe of ba verdwijnen.

Wat ook nogal eens voorkomt is dat het schaakspel (bij voorkeur na afloop van een partij die je zelf net verloren hebt) ineens een 'spelletje' genoemd wordt. Een vreselijk iets. Er bestaat op een schaakavond eigenlijk niets anders dan die ene partij en dan blijk je opeens een spelletje te hebben gespeeld, zeg maar tikkertje of verstoppertje. Een forse ontkenning van de werkelijkheid. Er zijn maar heel, heel weinig schakers die het niet kan schelen of ze winnen of verliezen. En met het dan bagatelliseren van een en ander is dan niemand geholpen. Als verliezer zit je er ook bepaald niet op te wachten.

In 2012 schreef ik hierover al op mijn  weblog:

Het zal best een spelletje (liever: spel: ik meen zelfs ooit begrepen te hebben dat we hier met een royal game te maken hebben) zijn, maar dan een dat je tegenstander (en jij ook) BIJZONDER, BIJZONDER GRAAG wil winnen! Dat lijkt het begrip 'spelletje' al tegen te spreken. Men leze Homo ludens van Johan Huizinga met bijvoorbeeld het commentaar van (schaak)journalist Evert Straat in Schaakpraat, er nog maar eens op na. Nog een reden om het woord 'spelletje' niet al te achteloos te gebruiken: Jan Hein Donner omschreef het schaakspel eens als 'het tegenovergestelde van communicatie'. Waarvan akte.]

zondag, mei 10, 2015

SC Ten Boer: stand na 32 ronden + laatste ontwikkelingen rond clubbestaan



Stand na 32 ronden in de onderlinge competitie:

1. Klaas Dijkhuizen 431½ p. (2SN1, 12-13); 2. Albert Prins 375½ (2SN1, 14-12); 3. Piet Beetsma 305 (1SN1, 13-14); 4. Jan Pilon 297½ (1SN, 9-7); 5. Marten Berends 230 (2SN1, 9-10); 6. Gerard Zijlema 171½ (1SN, 11-13); 7. Ad Mertens 162½ (2SN, 11-12); 8. Wopko Dijkema 144 (1SN, 13-12); 9. Harm Buter 135½ (1SN, 13-12)

Eindelijk, uitgerekend in de allerlaatste ronden van de competitie (waarbij het woord allerlaatste zeer waarschijnlijk extra klemtoon en cursivering behoeft) is weer wat beweging in de ranglijst gekomen. Maandenlang stond de lijst onwrikbaar als een huis in  een gebied zonder aardbevingen, maar nu is het dan weer even zover. Piet is ten koste van Jan naar de tweede plaats geklommen, terwijl Gerard naar plaats 6 is gestegen en Ad een plaatsje is gezakt. Nog twee ronden te gaan!


Wat de toekomst van de club betreft, staan de zaken er niet goed voor, zoals eigenlijk al lange tijd het geval is. Sterker nog: nu weer een clublid te kennen heeft gegeven na dit seizoen het voor gezien te houden, lijkt het lot van de vereniging bezegeld. 

Weliswaar hebben twee schakers (en niet de minste) uit de stad Groningen zich als lid gemeld, om af en toe een potje mee te komen schaken, maar dinsdag is niet hun meest geschikte avond. Uiteraard een heel sympathiek gebaar, maar de club zal er niet wezenlijk mee geholpen worden. Gastleden hebben we wel eens eerder gehad, die sporadisch aan de onderlinge competitie meedoen en na één of twee seizoenen weer verdwijnen als sneeuw voor de zon: als club schiet je er weinig mee op. Wat we nodig hebben zijn meerdere nieuwe leden, drie of vier, met andere woorden: minstens zoveel als we in de afgelopen jaren hebben verloren, die op regelmatige basis mee kunnen (en willen!) doen, zowel in de interne als in de externe competitie en ook niet voornamelijk bij een andere club (blijven) spelen, omdat dat het bij ons meedoen natuurlijk niet ten goede komt.

Aan deze voorwaarden zal zeer vermoedelijk niet worden voldaan en dus zullen de resterende seniorschakers van Ten Boer (voor zover ze nog zin in schaken hebben overgehouden: wat dat betreft is er in de laatste jaren een flinke aanslag op het bij hen aanwezige enthousiasme gepleegd) hun heil bij een andere club moeten zoeken.

Heel veel jaren (ruim drie decennia) heb ik gedacht dat allerlei ongerief, waarvan je wel eens 'op afstand' hoorde bij andere verenigingen, onze club bespaard zou blijven, omdat er eigenlijk nooit iets 'mis' was. Ik had buiten de waard gerekend, om het zo maar eens te zeggen. Laat ik het daarbij houden. 

Het uiteindelijke resultaat van een en ander aan alsnog optredende tegenvallers is in ieder geval het verdwijnen van minstens drie leden in enkele jaren geweest. Voor onze kleine club funest. Bijzonder jammer, maar het is niet anders.

vrijdag, mei 08, 2015

Anekdotes uit de schaakwereld (19)

Bij het WK schaken in 1993 zei een medewerkster van een dagblad tegen de Duitse grootmeester Stefan Kindermann dat ze ook wel met schaken zou willen beginnen, als de prijzen altijd zo hoog zouden liggen als daar in Baden-Baden. Bij monopoly was ze tenslotte ook erg goed.
Kindermann: “Als u met schaken zou aantreden tegen een GM is dat ongeveer hetzelfde als met monopoly tegen Dagobert Duck!”



In een Hongaars schaaktoernooi speelden Gyula Breyer en Zoltán von Balla tegen elkaar. Laatstgenoemde kondigde op zeker moment mat in 3 zetten aan.  Toen Breyer niet reageerde keek hij nog eens goed naar de stelling en kondigde toen mat in 4 zetten aan. Nog steeds geconfronteerd met het zwijgen van Breyer verdiepte hij zich weer in de stand op het bord en hoe langer hij keek, hoe meer hij er daarna van overtuigd raakte dat hij juist niet gewonnen stond, maar op verlies. Hij keek, hij dacht na, hij analyseerde en vervolgens, zonder een zet te doen, gaf hij op! 



Hierboven de stelling na de 23e zet van wit in de beroemde partij Levitsky-Marshall (Breslau, 1912). De volgende zet van zwart (Marshall) maakte de toeschouwers zo enthousiast dat, volgens de overlevering, het geldstukken regende op het bord! 

Zwart speelde 23. … Dc3-g3!! Ondanks dat wit op 3 manieren kan nemen, moet hij opgeven. Er dreigt Dg3xh2 met mat. Wanneer wit de dame neemt met 24. h2xg3 betekent 24. … Pd4-e2 mat. Speelt wit 24. f2xg3 dan volgt 24. … Pd4-e2+ 25. Kg1-h1 Tf8xf1 mat. Antwoordt wit tenslotte met 24. Dg5xg3 dan komt 24. … Pd4-e2+ 25. Kg1-h1 Pe2xg3+ 26. Kh1-g1 Pg3xf1 27. g2xh3 Pf1-d2 en zwart wint met een stuk meer.


Albert Prins
Schaakclub Ten Boer

Bovenstaande Anekdotes uit de schaakwereld verschenen ook in de abonnementsversie van de regiokrant BuurContact, van vrijdag 8 mei 2015.

Terzijde:


Peter Pannekoek heeft het in De wereld draait door op vrijdag 8 mei over de man die "Fuck de koning" heeft geroepen en daarvoor (waarschijnlijk net niet) wordt vervolgd. Hij vraagt zich af waarom de man dat riep tijdens een demonstratiebijeenkomst tegen Zwarte Piet eind vorig jaar. Want wat heeft Willem Alexander te maken met SInterklaas, behalve dat beiden symbool zijn voor een totaal ongeloofwaardige traditie?

donderdag, mei 07, 2015

The Dark Horse



In de Volkskrant van vandaag (donderdag 7 mei 2015, V12-V13) staat een artikel over een prima Nieuw-Zeelandse schaakfilm, The Dark Horse (2014), met in de hoofdrol de Maori-acteur Cliff Curtis, als geesteszieke schaakcoach.

In Nieuw-Zeeland beschouwt men de film als een van de beste die ooit in het land zijn gemaakt. In februari won de film op het Internationaal Film Festival in Rotterdam de publieksprijs. De IMDb (Internet Movie Database) geeft een 8.4 als beoordeling. 

Aan de basis van het waarbeurde verhaal ligt het leven van Genesis Potini (1964-2011) een goede (snel)schaker die zijn loopbaan wegens ziekte moest opgeven en zich daarna inzette als schaakleraar voor kinderen, een zootje ongeregeld, meestal afkomstig uit achtergestelde milieus.

Beeld uit The Dark Horse

Het artikel in de Volkskrant is geschreven door Bor Beekman en Pauline Kleijer. De laatste geeft de film 4 van 5 mogelijke sterren en spreekt van een sterk en hartverwarmend verhaal.

The Dark Horse draait momenteel in Nederlandse bioscopen.




Terzijde:

Twee knapen vielen in het water. 'Door Gods goedheid' werd één gered. 
De ander verdronk....
Door Gods kwaadheid?

Uit: Multatuli: Over het geloof, in: Schrijven in tussenzinnen. - Amsterdam: Querido, 1974.

woensdag, april 29, 2015

Ronde 32



Drie partijen in de onderlinge competitie gisteravond in het Buurhoes:

Klaas Dijkhuizen (w) - Gerard Zijlema: 1 - 0
Piet Beetsma (w) - Ad Mertens: 1 - 0
Wopko Dijkema (w) - Albert Prins:  0 - 1

AMK: Harm Buter en Jan Pilon
SN: Marten Berends

Gerard bood Klaas geruime tijd tegenstand, maar moest uiteindelijk zijn koning neerleggen. Ad raakte tegen Piet verstrikt in de vele mogelijkheden die wit krijgt wanneer zwart alle hem aangeboden pionnen in het Noords gambiet blijmoedig accepteert als evenzovele cadeautjes.

Wopko overleefde met enige moeite een belegering van zijn koningsstelling, maar moest daarbij wel het ter wereld komen van een zwarte vrijpion op de koop toenemen. Waarschijnlijk dacht hij op dat moment even te kunnen relaxen, maar zag, juist toen de spanning even weg was, pionverlies over het hoofd. Daarna viel de witte stelling uiteen en was de partij beslist.

Stand na 32 ronden:

1. Klaas Dijkhuizen 431½ p. (2SN1, 12-13); 2. Albert Prins 375½ (2SN1, 14-12); 3. Piet Beetsma 305 (1SN1, 13-14); 4. Jan Pilon 297½ (1SN, 9-7); 5. Marten Berends 230 (2SN1, 9-10); 6. Gerard Zijlema 171½ (1SN, 11-13); 7. Ad Mertens 162½ (2SN, 11-12); 8. Wopko Dijkema 144 (1SN, 13-12); 9. Harm Buter 135½ (1SN, 13-12)

Nota Bene:
Volgende week geen schaken in verband met de 5e mei!

Terzijde:



Steengoede muziek uit The Twilight Saga: New Moon van de vele malen onderscheiden Franse componist Alexandre Desplat. Alleen jammer van die opeens opduikende Traplift Brochure, of andere reclame, maar ja, YouTube moet ook wat, om het hoofd boven water te houden.