woensdag, maart 12, 2014

Ronde 21 SC Ten Boer


Na de 21e ronde van de clubcompetitie kon wedstrijdleider Albert de volgende uitslagen mee naar huis nemen:

Klaas Dijkhuizen (w) - Harm Buter: 1 - 0
Wopko Dijkema (w) - Piet Beetsma: 0 - 1
Jan Pilon (w) - Albert Prins: ½ - ½
Marten Berends (w) - Ad Mertens: 1 - 0

AMK: Erick Erdtsieck, Erwin Kok, Gerard Zijlema
AZK: Alfred Rodenboog


Bij Klaas-Harm stonden kort na de openingsfase ineens diverse zwarte stukken ongedekt. Wit wist hiervan te profiteren en haalde de volle winst binnen.

Wopko speelde lange tijd goed tegen Piet, maar begon in het eindspel, terwijl van tijdnood geen sprake was, zonder duidelijke redenen derhalve, te snelschaken en raakte daarbij have en goed kwijt.

Jan had tegen Albert de wat betere stelling, zonder dat daar evenwel duidelijk voordeel uit werd gehaald. Nadat aanvankelijk een remisevoorstel van zwart was afgeslagen, stelde wit, met het eindspel en lichte tijdnood voor de deur, zelf remise voor wat zwart (als altijd soepel ingesteld) aannam. 

Waar het precies voor Ad de verkeerde kant opging heb ik niet gezien. In het middenspel stond hij nog goed, maar niet lang daarna moet er de klad in zijn gekomen. Moed verloren, al verloren zou ik willen zeggen: de volgende keer er maar weer vol goede moed tegenaan!

Erwin Kok heeft als gastlid bedankt (dank voor het mee-spelen Erwin en het allerbeste verder met baan en gezin!) en zal dus in de volgende stand niet meer voorkomen.

De stand na 21 ronden:

1. Klaas Dijkhuizen 355 p.; 2. Piet Beetsma 283; 3. Albert Prins 258½; 4. Jan Pilon 237; 5. Gerard Zijlema 217; 6. Marten Berends 209½; 7. Erick Erdtsieck 168; 8. Harm Buter 151½; 9. Erwin Kok 148; 10. Wopko Dijkema 130; 11. Ad Mertens 120; 12. Alfred Rodenboog 59.


Terzijde:

KLUPPIE (IN NOOD)

Zoals bekend lijdt SC Ten Boer aan een chronisch tekort aan leden. Doorstromen van de jeugd is lastig werd laatst in een verslagje van het jeugdschaak opgemerkt. Dat lijkt me een understatement. In een tijdsbestek van vele jaren heeft maar een enkel jeugdlid de stap gewaagd om na één seizoen, of na een gedeeltelijk seizoen, weer af te haken. Waarom is niet geheel duidelijk. Teleurgesteld in de resultaten? Momenteel staat nog één jongere schaker bij de senioren als lid genoteerd, maar dat is helaas uitsluitend op papier, want meeschaken doet hij niet.

Van de misschien wel een paar honderd 'schaakouders' van jeugdleden is er diezelfde periode van vele jaren zegge en schrijve één vader geweest die de torenhoge drempel leek te gaan nemen, maar... na 1 partij in de onderlinge competitie bedacht hij zich totaal onverwachts alsnog en verklaarde bij nader inzien toch geen tijd te hebben... Zou de uitslag van de desbetreffende partij nog hebben meegespeeld?

Zelfs tot de buitenwereld is nu kennelijk de nood bij Ten Boer doorgedrongen. Op de site De 'Schaakreporter' meldde laatst de schrijver van NOSBO-verslagen (Jan van Os?) dat het tijd werd dat de jeugd van SC Ten Boer zou opstaan en de senioren zou gaan versterken. Hij heeft ongetwijfeld gelijk. Maar ja.... het gebeurt niet.
Een andere auteur (met aanleg voor nostalgie) op het internet had het erover dat Ten Boer nog maar kort geleden voortdurend meedeed in de bovenste regionen van de 1e klasse. Ik had het zelf kunnen zijn. De realiteit nu is dat we zeer waarschijnlijk degradatie tegemoet gaan. Het kan snel gaan met je kluppie...


Al lange tijd heeft de club heel weinig  seniorschakers en een groot aantal jeugdleden. Een wat merkwaardig contrast, dat je naar mijn idee niet zo heel snel ergens anders zult aantreffen. Door het vertrek van verschillende senioren is al sinds geruime tijd sprake van een noodsituatie. Wil de club blijven voortbestaan dan zal er in de naaste toekomst iets moeten gebeuren.

Misschien moeten alle betrokkenen, voor zover ze de club een goed hart toedragen natuurlijk, er hun gedachten eens over laten gaan, waarbij eventuele persoonlijke pijnpunten (hoe bijzonder belangrijk ook uiteraard) maar even terzijde moeten worden geschoven!


Terzijde:

"Verjaardagen zijn verschrikkelijk, bezoek van familie is ook iets heel ergs, een combinatie van die twee dingen is nauwelijks te overleven".

Remco Campert in: Luister goed naar wat ik verzwijg, p. 49. - Nijmegen: Gottmer, 1976.


Geen opmerkingen: