Het deed wat vreemd aan, een nieuw seizoen beginnen zonder voorzitter en zonder clubkampioen, maar er zat niets anders op.
Een extra welkom was er uiteraard voor Erick en Erwin, onze gastleden uit Usquert en ook voor jeugdlid Bas, die het eens bij de senioren wil gaan proberen. Dalarna, een ander jeugdlid, zou eveneens gaan meedoen, maar had zich daarna wegens te veel verwachte school-verplichtingen (helaas) toch weer bedacht.
Twaalf clubleden waren komen opdagen en konden, na even over de oplossing van een door wedstrijdleider Albert op het bord gezet schaak-probleem(pje) te hebben nagedacht, één voor één hun lotnummer bepalen door steeds een stuk van het bord te pakken en voor de volledigheid ook nog voor de twee niet aanwezige leden: Wopko Dijkema en Gerard Zijlema.
 |
| Levtsjenko-Gajdarov (Riga 1983) |
1. Lg8 g5 2. g4 Le4 3. f5 en zwart gaf op.
De loting had de volgende ranglijst tot gevolg: 1. Fré Blok; 2. Jan Pilon; 3. Alfred Rodenboog; 4. Albert Prins; 5. Erick Erdtsieck; 6. Klaas Dijkhuizen; 7. Erwin Kok; 8. Bas Klomberg; 9. Ad Mertens; 10. Marten Berends; 11. Harm Buter; 12. Gerard Zijlema; 13. Piet Beetsma; 14. Wopko Dijkema.
Derhalve verschenen de volgende partijen op de borden. Ik geef meteen ook maar de uitslagen, waarnaar de bezoekers immers reikhalzend uitkijken:
Fré Blok (w) - Jan Pilon: 0 - 1
Alfred Rodenboog (w) - Albert Prins: ½ - ½
Erick Erdtsieck (w) - Klaas Dijkhuizen: ½ - ½
Erwin Kok (w) - Bas Klomberg: 1 - 0
Ad Mertens (w) - Marten Berends: 0 - 1
Harm Buter (w) - Piet Beetsma: 0 - 1
AMK: Wopko Dijkema en Gerard Zijlema
Toen ik eens bij hun bord poolshoogte kwam nemen, stond Jan een loper voor. Dit voordeel zette hij natuurlijk in winst om.
Alfred-Albert
Eerstgenoemde had een prima stand in het middenspel, maar gaf toen via een penning een kwaliteit weg. Bij het uitbouwen van dat buitenkansje ging Albert niet nauwkeurig genoeg te werk en Alfred behield kansrijk spel. Zwart gaf, al of niet nodig, de kwaliteit terug en wikkelde af naar een gelijk toreneindspel: remise.
Erick-Klaas
Klaas werd blij(?) verrast met het degelijke spel van Erick, die op een gegeven moment een wat betere stelling had met koningsaanval. In die fase vergiste hij (Erick) zich en raakte een kwaliteit achter. Toch bood Klaas later remise aan in een stelling die hem weliswaar wat meer uitzicht bood, maar nog heel wat hoofdbrekens zou hebben gekost. Wellicht speelde ook de tijd mee, dat zou me niet verwonderen.
Erwin-Bas
Bas stelde zich in zijn eerste partij nogal verdedigend op, maar stond niet onaardig. Later zette Erwin een aanval op de koningsvleugel in waartegen Bas niet kordaat genoeg optrad. Een kleine combinatie van wit, inclusief een (zeer tijdelijk) torenoffer werd zwart toen fataal: mat.
Ad-Marten
Aanvankelijk leek er in deze partij niet zoveel aan de hand te zijn, maar in het middenspel kwam zwart langzaam maar zeker op stoom. Zijn stukken beheersten het overgrote deel van het bord en dat brak wit op. Waaraan hij precies bezweek weet ik niet, maar het gebeurde in ieder geval.
Harm-Piet
Harm hield lange tijd stand en had waarschijnlijk het idee dat het voor hem niet verkeerd zou aflopen. In het eindspel raakte hij echter een pion achter, waarna het, na afruil van de torens, in het resterende pionneneindspel meteen afgelopen was.
De stand na 1 ronde:
1. Jan Pilon 49 p.
2. Erwin Kok 37
3. Alfred Rodenboog 34
4. Albert Prins 33,5
5. Marten Berends 33
6. Erick Erdtsieck 31
7. Klaas Dijkhuizen 30,5
8. Piet Beetsma 28
9. Fré Blok 25
10. Gerard Zijlema 19
11. Bas Klomberg 18
12. Ad Mertens 17
13. Wopko Dijkema 16
14. Harm Buter 15
Terzijde:
Schaken is, gezien de minimale vereiste lichamelijke inspanning, geen sport.
FERDINAND CORNELIUS GROZEMA, Technische Universiteit Delft (2003)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten