dinsdag, juni 10, 2014

Anekdotes uit de schaakwereld (9)


De Peruaanse schaakmeester Esteban Canal overkwam het eens dat hij in een volle tram tegen een naast hem staande dame aanbotste. Omdat hij in gedachten nog helemaal bij zijn laatste schaakpartij was, ontsnapte hem de opmerking “J’adoube!”. Hij was vervolgens heel verbaasd toen hij als antwoord kreeg: “Ach, u bent een schaker! Dan zou u moeten weten dat u ‘j’adoube’ van te voren moet zeggen!”

“Schaken is alleen dan een gezinsvriendelijk spel als de vader beter speelt dan zijn kleine zoontje” (Aldo Sordi, Italiaans komiek)

In 1906 deed de sterke Poolse schaakmeester Salwe mee aan het beroemde toernooi in Ostende. Op de naar de toernooizaal leidende stenen trap stond met kleurige letters het inschrift ‘Salve!’ (wees gegroet). De maestro kende geen Latijn en nam aan dat het inschrift te zijner ere was aangebracht. Hij liet daarop de verbaasde hoteleigenaar weten dat hij zijn naam liever zonder fouten gespeld zag!

Wereldkampioen Aljechin liep eens tijdens een wandeling door Parijs een café binnen om wat te drinken. In dezelfde ruimte werd ook geschaakt. Hij toonde enige belangstelling en het duurde niet lang of hem werd door een van de schakers gevraagd om een partij te spelen. A. ging akkoord en ze gingen zitten en zetten de stukken in de beginstelling. “Ik geef een toren voor” zei Aljechin. “Maar waarom dan” vroeg zijn tegenstander, enigszins geërgerd. “U kent mij helemaal niet!” “Daarom juist!” was Aljechins antwoord.

Albert Prins

Bovenstaande tekst verscheen ook in het juninummer van de regiokrant BuurContact.

Geen opmerkingen: