Een grootmeester begint een gesprek met Michail Tal (1936-1992; wereldkampioen 1960-1961) en vraagt: “Vanavond kom ik op de televisie. Wat zal ik tegen de kijkers zeggen?” Tal antwoordt: “Dat ze morgen naar de radio moeten luisteren, naar een uitzending met mij!”
Akiba Rubinstein (1880-1961) heeft in een toernooi nog een
remise nodig om winnaar te worden. Er worden een paar zetten gedaan en zijn
tegenstander biedt remise aan. Rubinstein weigert. Enkele zetten later, R.
staat intussen aanzienlijk beter, stelt hijzelf remise voor, wat onmiddellijk
wordt aangenomen. Rubinstein sluit af met de mededeling: “IK beslis hoe de
partij afloopt, tegen een speler van uw niveau!”
Tijdens een schaakpartij tegen koning Henri IV (1553-1610) van
Frankrijk heeft edelman François de Bassompierre de pech een tamelijk luid,
niet voor andere uitleg vatbaar geluid te maken, wanneer hij een zet met een
paard doet. Hij redt zich uit de netelige situatie met de opmerking: “Sire, dit
paard komt zonder een trompetsignaal niet van zijn plaats!”
Weaver W. Adams (1901-1963) was een Amerikaans schaakmeester
die in 1948 het open Amerikaans kampioenschap won. In 1939 schreef hij een boek
met de titel: ‘White to Play and Win’ (Wit speelt en wint). Het jaar daarna
doet hij mee aan een toernooi in Dallas. Daar wint hij in de finale geen enkele
partij met wit, maar wint wel al zijn partijen met zwart!
Albert Prins
Schaakclub Ten Boer
Bovenstaande Anekdotes uit de schaakwereld zijn ook verschenen in het januarinummer 2015 van de regiokrant BuurContact.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten