zaterdag, september 09, 2017

Anekdotes uit de schaakwereld (44)

Jacques Mieses (1865-1954) speelde sterk in het Vienna Gambit Tournament in 1903. In de 13e ronde moest hij tegen Isidor Gunsberg (1854-1930). Gunsberg was weliswaar een sterke schaker, maar het open spel in gambietpartijen lag hem minder en bovendien was hij nogal uit vorm. Van de 12 partijen tot dan toe had hij er 10 verloren en 2 remise gespeeld, waardoor hij op de laatste plaats stond. Mieses had zich de overwinning geestelijk dan ook al toebedeeld.  Maar zoals dat vaak gebeurt, kwam de rodelantaarndrager tot één goede partij. Hij ging erop los met alles wat hij in zich had en Mieses moest na 50 zetten opgeven. Zijn bittere commentaar was: “Het is al erg genoeg om onder de voet te worden gelopen, maar om onder de voet gelopen te worden door een lijk is vreselijk!” Het bleef Gunsbergs enige winstpartij: hij verloor 15 keer en speelde 2 keer gelijk.
De Duitse grootmeester Wolfgang Unzicker (1925-2006) vertelde graag grappen, zelfs op de meest ongeschikte momenten, zoals bijvoorbeeld onmiddellijk na een schaakpartij, als zijn tegenstander en hij nog bezig waren het wedstrijdformulier te ondertekenen. Hij probeerde dat ook eens na een partij tegen Vasja Pirc (1907-1980). Hij begon met het gebruikelijke: “Neem me niet kwalijk grootmeester, maar heb ik u ooit deze grap verteld…” “Is het een goede?” vroeg Pirc.  “Ja, een hele goede”, antwoordde Unzicker. “Dan hebt u hem nog niet eerder verteld!”
Over de Engelse schaker Howard Staunton (1810-1874) in How to Play Chess Like a Champion van F. Reinfeld (New York, 1956): Staunton was pompous and bombastic, a self-appointed dictator of the chess world. On one occasion a rival published a statement that he had won the majority of his games with Staunton. The next time they met Staunton thundered, “You can’t print that!” His rival stammered feebly that the statement was true. “What’s that got to do with it? Of course it’s true!”, Staunton raged. “But you still can’t print it!”

In 1997 speelde de Engelse grootmeester Tony Miles (1955-2001) tegen de Kroaat Davor Komljenovic in een toernooi in Benasque (Spanje). Miles legde, zoals gewoonlijk, zijn horloge naast zich op tafel, waarop Komljenovic een grote wekker tevoorschijn haalde en die naast zijn bord zette. Miles protesteerde, Maar Komljenovic zei dat als het horloge kon, dat dan ook de wekker moest kunnen. Iedereen vond het een leuke grap, men begon te spelen en later, in een remiseachtig toreneindspel, verloor Miles de partij. 

Albert Prins

(Bovenstaande Anekdotes verschenen ook in het septembernummer van de regiokrant (Loppersum, Ten Boer) BuurContact van vrijdag 9 september 2017).

Geen opmerkingen: