In bovenstaande stelling had zwart net f5 gespeeld en wit meende dit te moeten beantwoorden met Tc1? (deze zet moet in de diagramstand nog worden uitgevoerd), maar Pf3 zou beter zijn geweest.
Hoe zorgde zwart (de Engelsman Frederick Yates, toen net een jaar beroepsschaker) hierna voor 'witte' problemen?
Oplossing: Tarrasch - Yates (Hamburg 1910)
1. ... Pxe3! 2. fxe3 Dg5 3. Kf2 (op 2. Lf1 volgt 2. ... Dxe3 3. Kh1 Df4 en zwart moet winnen ...) ... Dxg2+ 4. Ke1 Lxh2 5. Le2 e5 6. Pe6 Lg3+ 7. Kd1 Lf3 8. Lxf3 Dxf3+ 9. Kc2 De4+ 10. Kd2 Dd5+ 11. Pd4 exd4 12. Lxd4 f4 13. e4 Dxe4 14. Tc4 Td8 15. a4 Lf2 en wit gaf op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten