zondag, augustus 19, 2007

Oplossing opgave 128 (van 13 augustus)

1) In bovenstaande stelling leek een snelle winst voor wit (aan zet) mogelijk te zijn. Was dat inderdaad het geval?

2) Welke voortzetting moet hij kiezen?


Oplossing: Keres - Hort (San Antonio 1972)

In San Antonio (in de Amerikaanse staat Texas, de stad telt 1.144.646 inwoners en is daarmee de 9e stad in de Verenigde Staten; dit even terzijde) werd in 1972 het Church's Fried Chicken First International Chess Tournament gehouden. What's in a name, zou ik willen opmerken.

In het toernooiboek las ik een grappig voorwoord van de vermaarde George Koltanowski, die destijds coördinator was. In het Hilton waar een en ander zich afspeelde was het een komen en gaan van mensen die aan allerlei manifestaties, congressen enz. deelnamen, die tegelijkertijd met het toernooi plaatsvonden. Hem overkwam daar het volgende:

"The Hilton was always crammed with conventioneers, mostly ladies from all parts of Texas. There's the ADD, the QXR, the TNX, the RAP, and the DDT, just to mention a few. Once, riding in that 100-miles-per-hour elevator (or so it seemed), a group of ladies asked me if I was with the NSTC, whatever that was. "No, I answered, "I'm with the chess convention." The ladies turned beet red and uttered not another word. I wonder if they thought I said "chest convention."

Maar goed, ik dreig af te dwalen.

In het genoemde toernooi speelden in de eerste ronde Keres en Hort tegen elkaar. Keres zou uiteindelijk 5e worden (goed voor $600) en Hort gedeeld 6 en 7 (met Suttles), wat $450 in het laatje bracht. Op 1, 2 en 3 eindigden met 10,5 uit 15 Karpov, Petrosian en Portisch (elk ontving, om precies te zijn, $2.333.33). Dit even voor de statistici.

In de partij Keres (wit) stond na de 49e zet van zwart bovenstaande stelling op het bord. De vraag was of wit snel kon doorstoten naar winst.

Dat was niet het geval! Immers, na 1. Txh8 (dat zou dan de winnende zet moeten zijn) Kxh8 2. e6+ Kg8 3. e7 f5!+ 4. gxf5 e.p. Kf7 is het remise, omdat wit de witte velden niet voldoende beheerst.

Het moet dus anders. Het vervolg was dan ook:

50. Td8(!) Kh7 51. Kd3 Ta3+ 52. Kc4 Ta4+ 53. Kb5 Ta3 54. Tf8 Kg7 55. Tc8 Kh7 56. Tf8 Kg7 57. Txh8! Kxh8 58. e6+ Kg8 59. e7 Ta8 60. Lf6 en zwart gaf op (1-0).

Hort en Jansa nemen in hun boek 230 stellingen uit de grootmeesterpraktijk (Amsterdam: Andriessen enz., 1978) deze opgave op (nr. 166). Enigszins vreemd komt echter het laatste deel van hun commentaar over: "In de partij Keres-Hort (San Antionio 1972) speelde wit geduldig 1. Td8 en er onwikkelde zich een afwachtend laveerspel. De zeer ervaren aanvoerder van de witte strijdkrachten was een wijs schaakspeler".

Het kostte blijkbaar teveel moeite om even de afloop van de partij te vermelden. Om alleen te zeggen, als je hebt verloren, dat je tegenstander een wijs man is, vind ik persoonlijk wat magertjes. Keres won dus.

Gerrit Kroon verblijdde Alberts SchaakBlog met een oplossing, waarin hij het volgende liet weten:

Allereerst een oplossing die waarschijnlijk niet voldoet: na 1. Txh8 Kxh8 2. e6+ Kg8 3. e7 wordt het erg mistig als zwart 3... f7-f5+ speelt. Na 4. exf6 e.p. Kf7 volgt er een blokkade op de witte velden. Er moet dus naar iets beters gezocht worden. De prozaïsche zet 1. Td8 stelt zwart voor grotere problemen, want de dreiging 2. e6+ beslist. Zwart speelt 2... Kh7, gevolgd door 3. e6 Lxd4 4. Txd4 Txd4 5. Kxd4 fxe6 6. Ke5 en wit wint het pionneneindspel. Na 4... Ta7 maakt 5. Td7 ook aan alles een eind. Alleen na de zet 4... Ta6 lijkt er nog een moeizame strijd te ontstaan... Ik denk hier nog even over na. Einde van de overdenking en groeten uit Oentsjerk. Overigens ben ik van mening dat je beter over keien kunt fietsen dan struikelen. Gerrit Kroon, augustus 18 .

Om met die laatste opmerking te beginnen: ongetwijfeld een mooie waarheid, maar ik vermoed een diepere betekenis, die ik op dit moment even niet kan doorgronden. Misschien wil Gerrit me die nog eens meedelen (hoeft niet per se op het weblog).

Dan zijn oplossing. Het is een andere dan Keres destijds koos (de koningsmanoeuvre, beginnend met Kd3). Toch ziet zijn idee er, wat mij betreft (maar zoals men weet, zegt dat ook niet alles), goed uit. Ik denk dat de witspeler inderdaad niet voelde voor het toreneindspel na 4. ... Ta6, wat Gerrit zelf al aangeeft, ofschoon het er naar uitziet dat ook dat eindspel voor wit gunstig is. Daar houden we het voorlopig maar even op! De grote Paul zal toch niet iets over het hoofd hebben gezien?

Geen opmerkingen: