Dijkhuizen-Pilon |
Buter-Berends |
Piet en schrijver dezes speelden een partij vooruit van de pas volgende week maandag op het programma staande wedstrijd DAC-Ten Boer. Piet aan bord 4, ikzelf aan bord 7. Piet stond in het middenspel prima, zoals ik zelf heb kunnen constateren, maar moest het uiteindelijk toch afleggen tegen zijn tegenstander.
Beetsma-Bagavac |
Ik speelde tegen Wiert Vos een gedenkwaardige partij. Uitslag: remise!! Wat, alweer? Ja hoor, voor de verandering! De winst lag weer eens voor het grijpen. Ik geloof dat ik dat al vaker op mijn weblog heb geworpen, maar het vervelende is dat het ook steeds klopt.
Het beste bewijs voor een en ander is de stelling na de 21e zet van wit:
VOS
PRINS
Na redelijk goed spel is bovenstaande stelling ontstaan. Er volgde: 21. ... Pxe5 22. Dxe5 (met de gedachte om na 22. ...Pf6; mijn paard naar d6 te spelen en af te ruilen tegen loper b7 en daarna het uiterst nuttige c4 te spelen. Ik zie daar bij een kleinigheid over het hoofd...) 22. ...Pf6? (22. ...g6) 23. Pd6? (het ineens mogelijke Lf5! wint natuurlijk meteen. Ik zag het drie seconden te laat, juist omdat ik van tevoren al zo op de paardzet was gefocused. Het jongste schakertje van jeugdschaakclub Ten Boer zou, met twee vingers in de neus, de zet glimlachend aanwijzen (wel met een vinger van de andere hand vermoedelijk). 23. ...Tcd8 24. Pxb7 Dxb7 25. c4 b5! 26. b3!? bxc4 27. bxc4 Db4! (een sterke zet die Te8! met daaropvolgende sloop-werkzaamheden dreigt) 28. Df5 (deels nog een beetje in de verwachting iets met de diagonaal b1-h7 te kunnen doen, maar dat is uiteraard verleden tijd; ik zou trouwens niet weten welke zet hier beter is) Dxc4 en zo gaan we nog even door tot ik in arren moede maar weer remise aanbied, na kort daarvoor nog een remisevoorstel te hebben af-geslagen, wanneer van mijn eens zo mooie stelling alleen zwerfhout is overgebleven en dan ook nog heel wat minder dan op bijgaande afbeelding.
Klaas vond kennelijk 28. Df5 goed en had dit willen laten volgen door 29. g4 met stormaanval. Leuk idee, maar wat als zwart met 29. ...Txd5 antwoordt? Een klein vergissinkje waarschijnlijk. "Eerst d6 spelen" is zijn latere opmerking. Dat lijkt er meer op.
Klaas vond kennelijk 28. Df5 goed en had dit willen laten volgen door 29. g4 met stormaanval. Leuk idee, maar wat als zwart met 29. ...Txd5 antwoordt? Een klein vergissinkje waarschijnlijk. "Eerst d6 spelen" is zijn latere opmerking. Dat lijkt er meer op.
Onderlinge:
Klaas Dijkhuizen (w) - Jan Pilon: 1-0
Harm Buter (w) - Marten Berends: ½-½
AMK: Erick Erdtsieck, Erwin Kok, Wopko Dijkema, Gerard Zijlema; AZK: Alfred Rodenboog; SN: Ad Mertens; SN1: Piet Beetsma en Albert Prins.
7. Albert Prins (w) - W. Vos (z): ½-½
Stand clubcompetitie na 19 ronden:
1. Klaas Dijkhuizen 337½ p. (6-6; 2SN1)
2. Albert Prins 249 (7-5; 1SN2)
3. Piet Beetsma 241½ (7-6; 1SN2)
4. Jan Pilon 209 (5-5; SN2)
5. Gerard Zijlema 202 (7-7; 1SN)
6. Marten Berends 169½ (5-7; 1SN)
7. Erick Erdtsieck 154½ (2-2; 1SN)
8. Harm Buter 145½ (7-7; 1SN)
9. Erwin Kok 136 (2-1)
10. Wopko Dijkema 125 (6-7; 1SN)
11. Ad Mertens 120 (7-8; 2SN)
12. Alfred Rodenboog 59 (1-1)
NOSBO: DAC - SC Ten Boer
4. Piet Beetsma (z) - S. Bagavac (w): 0-1
Stand clubcompetitie na 19 ronden:
1. Klaas Dijkhuizen 337½ p. (6-6; 2SN1)
2. Albert Prins 249 (7-5; 1SN2)
3. Piet Beetsma 241½ (7-6; 1SN2)
4. Jan Pilon 209 (5-5; SN2)
5. Gerard Zijlema 202 (7-7; 1SN)
6. Marten Berends 169½ (5-7; 1SN)
7. Erick Erdtsieck 154½ (2-2; 1SN)
8. Harm Buter 145½ (7-7; 1SN)
9. Erwin Kok 136 (2-1)
10. Wopko Dijkema 125 (6-7; 1SN)
11. Ad Mertens 120 (7-8; 2SN)
12. Alfred Rodenboog 59 (1-1)
Terzijde: (uitspraak van ruim 30 jaar geleden, maar had gisteren gedaan kunnen zijn):
"Negers mogen van de EO best negers zijn, als ze het zwart zijn maar niet praktizeren".
Alexander Pola, in: Nou èn...? : handleiding voor opti-misten, p. 62. - Baarn: Fontein, 1983.
"Negers mogen van de EO best negers zijn, als ze het zwart zijn maar niet praktizeren".
Alexander Pola, in: Nou èn...? : handleiding voor opti-misten, p. 62. - Baarn: Fontein, 1983.