Al geruime tijd geleden stuitte ik op een aardige partij, waarin wit het Londens Systeem op het bord brengt. Nu ik op mijn weblog toch met een serie posts over deze opening bezig ben, is dit treffen beslist een plaatsje waard, ook vanwege het door wit fraai hanteren van dame en toren in het eindspel.
Het gaat om een partij gespeeld in het Hastingstoernooi 1960-1961. Met wit speelt de Rus Igor Bondarevsky en met zwart de Engelsman K.W. Lloyd, die in dat toernooi als beste Engelsman eindigde.
De eindstand van het toernooi luidde:
Igor Zakharovich Bondarevsky (12 mei 1913, Rostov aan de Don - 14 Juni 1979, Piatigorsk) was een Russische grootmeester, zowel in het 'gewone' schaak als ook in het correspondentieschaken. Hij was tevens internationaal arbiter, schaaktrainer en schrijver van schaakboeken. Hij speelde in negen USSR schaakkampioenschappen mee tussen 1937 en 1963 en werd gedeeld in 1940 (met Lilienthal).
Op onderstaande foto uit 1954, zien we Bondarevsky (rechts), duidelijk niet in zijn sas met het gewicht van de zojuist aan zijn team (hij was non-playing captain) overhandigde Hamilton-Russell beker.
Het Sovjetteam had juist met grote overmacht de Olympiade in Amsterdam gewonnen. We zien verder van links naar rechts: Kotov, Geller, Smyslov, Bronstein, Keres en Botwinnik.
Dan de partij!
Wit: I. Z. Bondarevsky
Zwart: K.W. Lloyd
Hastings -3e ronde - 30 december 1960
Londens Systeem
1.d4 Pf6 2. Pf3 g6 3. Lf4 c5 4. e3 Lg7 (in een van mijn bronnen wordt dit Konings-Indisch genoemd, maar tegenwoordig lijkt mij juister om te zeggen: Konings-Indische opstelling tegen het Londens Systeem; zie ook mijn 1e bijdrage over deze opening op 2 juli 2006) 5. Pbd2 cxd4 6. exd4 0-0 7. Lc4 Pc6 8. c3 d5 9. Lb3 Ph5 10. Lg3 (over dit terugtrekken van de loper kan worden gezegd dat het alleen maar wit tot voordeel zal zijn wanneer zwart op g3 afruilt; zie ook eerdere bijdragen in deze reeks) … Pxg3 11. hxg3 Lg4 12. 0-0 Pa5 13. Te1 Pxb3 (alweer een stuk minder zal zwart hebben gedacht) 14. Dxb3 Lc8 (bij nader inzien ziet zwart toch geen toekomst voor zijn dameloper op g4 en betrekt hij hem weer bij de verdediging) 15. a4 e6 16. a5 Te8 17. Pe5 (de bekende paard-manoeuvre in het LS) … Dd6 18. Pdf3 f6 (alleen met dit soort niet fraaie zetten is het witte paard te verdrijven; op d3 staat het trouwens ook voortreffelijk) 19. Pd3 Ld7 20. Te2 Te7 (zwart gaat alles zetten op een opmars van zijn e-pion, ook f6 draagt daar natuurlijk toe bij, maar het zal blijken dat de zwarte stelling daardoor niet sterker wordt (pionnenstructuur) en nogal open komt te liggen) 21. Tae1 Lc6 22. Pb4 Tae8 23. Pd2 Kf8 24. Pd3 Lh6 25. Pf1 a6 26. Db6 e5 (zwart ziet zijn kans schoon) 27. dxe5 fxe5 28. Pb4 (wit blijkt toch van plan de zwarte dameloper af te ruilen, wat hij al eerder had kunnen doen) … Te6 29. Pxc6 Dxc6 30. Db4+ Kg8 31. Pe3 Lxe3 (zwart ruilt het sterke wit paard af, maar is daarmee niet uit de moeilijkheden, die nu langzaam toenemen) 32. Txe3 Kg7 33. Td1 Td6?! 34. Txe5! Txe5 35. Dd4 Tde6 36. f4 Dc7 37. Te1 Kf6 38. fxe5+ Txe5 39. Df4+ Ke6 40. Tf1 De7 (hier werd de partij afgebroken en zwart had nog hoop de stelling te kunnen houden. Deze hoop vervloog echter kort na de hervatting, door aardige manoeuvres van wit) 41. Dg4+ Kd6 42. Tf8!! (niet gestoord door zwarts 'afgrendeling' van de f-lijn komt de witte toren binnen: Dxf8 wordt immers beantwoord met Db4+ met dameverlies!)
Stand na 42. Tf8!!
42. ... Kc6 43. Tc8+ Kb5 (na 43. ... Kd6 komt 44. Db4+ Ke6 45. Db6+ Kf4 46. Tc7 en wit wint) 44. Dd4! Tf5 (na 44. ... Kxa5 komt 45. Tc5+ en wit wint) 45. Db6+ Ka4 46. Te8! waarna zwart of zijn dame moet prijsgeven of mat gaat op b4. Zwart geeft op (1-0).
Bronnen:
1960-1961: Hastings international tournament. - London: British chess magazine, 1961. (BCM quarterly nr. 4)
British chess magazine, jg. 81 (nr. 2), 1961
Euwe, M. en W.J. Mühring: Het zoeklicht op het wereldschaaktoernooi Amsterdam 1954. - Amsterdam: Ten Have, 1954.
Wikipedia
Geen opmerkingen:
Een reactie posten