In het seizoen 1989-1990 trok Ten Boer weer ten strijde in de bekercompetitie, of er niets gebeurd was. In de eerste ronde, in ons geval op 10 november 1989, moest de club het opnemen tegen Winsum. Na een pittige avond was het eindresultaat 2-2, waarbij Ten Boer aan het eerste bord verloor, wat inhield dat Winsum verder mocht bekeren. Van dit treffen heb ik niet alleen een (bijna) complete uitslag (eindelijk!), maar zelfs een verslag, destijds voor de regionale pers geschreven door teamgenoot Klaas Dijkhuizen: ik herken zijn onmiskenbaar en krachtig taalgebruik.
De uitslag:
1. Dijkhuizen - Bouwman: 0 -1
2. Beetsma - Jansen: 1 - 0
3. Prins - Vos: 0,5 - 0,5
4. Everdij - NN: 0,5 - 0,5
Als ik me niet vergis, speelde Winsum destijds in een lokaal dat alleen te bereiken was via een slijterij. De keren dat wij daar moesten spelen en je in het halfdonker (de winkel was uiteraard gesloten) tussen de spiritualiën door je weg naar het schaakvertrek moest vinden, staan mij nog levendig voor de geest. Elke keer moest ik de neiging onderdrukken hier en daar een stevige slok te nemen. maar mijn betere ik weerhield me gelukkig steeds. In ieder geval een heel apart sfeertje!
Dan geef ik nu het woord aan Klaas en laat het verslag volgen dat hij van deze avond in de krant liet zetten, met slechts hier en daar een kleine, maar noodzakelijke, wijziging van mijn hand.
Schaakclub Ten Boer
In de eerste ronde van de NOSBO-bekercompetitie is het viertal van de SC Ten Boer er niet in geslaagd zich te plaatsen voor de volgende ronde. In Winsum werd met 2-2 gelijkgespeeld en het resultaat aan het eerste bord is dan beslissend voor plaatsing in de volgende ronde.
Voor het eerste halve punt zorgde Everdij (Albert: een student-lid, die, evenals Thijs Dam korte tijd lid van onze club is geweest. Beiden schaakten goed) die een verdienstelijke remise speelde na een gelijkopgaande partij. Prins koos in een Konings-Indiër voor een relatief onbekende afruilvariant in het centrum. Zijn tegenstander Vos toonde zich echter goed op de hoogte en kwam zelfs met pionwinst uit de opening. Toch was dit, alsmede door actief verdedigingswerk van Prins, niet voldoende voor groter voordeel en ook deze partij eindigde in remise.
Aan bord twee leek Beetsma al evenzeer dezelfde kant op te gaan in zijn partij tegen Jansen.Ondanks dat zijn tegenstander het loperpaar had, wist deze met dit voordeeltje niets anders te bedenken dan deze af te ruilen tegen de twee paarden van Beetsma. Toen kon Beetsma met subtiel manoeuvreerwerk langzaam maar zeker profiteren van de slechtere pionnenstelling van Jansen en tegen de eerste tijdcontrole resulteerde dit in een vrijpion, die, naar later bleek, voldoende was voor de winst.
De beslissende partij was die aan het eerste bord, te weten Dijkhuizen tegen Bouwman. Eerstgenoemde had met een agressieve opening de koningsstelling van zijn tegenstander onder vuur genomen. Met onder andere de opmars van de h-pion leek het een kwestie van tijd of zwart zou onder de druk moeten bezwijken. Dat aanvallen ook risico's inhoudt, bleek ook nu weer. Op een onverwachte loperzet werd veel te nonchalant gereageerd en plotsklaps bleken alle stukken verkeerd te staan en was het niet Bouwman, maar Dijkhuizen die onder de druk bezweek en deze uitslag was dus bepalend voor kwalificatie voor de volgende ronde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten