zondag, september 10, 2006

Opgave 28


In bovenstaande stelling wist de zwartspeler de partij (gespeeld tijdens de Olympiade in Siegen in 1970) snel, met 'une petite combinaison' in zijn voordeel te beslissen. Hoe ging dat in zijn werk?

Dinsdag, of woensdag as., de tweede opgave van deze week. Weer een stelling uit een partij die tijdens een Olympiade werd gespeeld.


We verplaatsen ons dan even naar Moskou 1956.


Voor het antwoord op beide opgaven kunt u vrijdag 15 september terecht op:

Alberts SchaakBlog

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Hoi Albert,

Ik ga voor 1... Pxc3. Na 2.Pxc3 verliest wit zijn toren. Na 2. Txa2+ volgt 2... Pxa2. Na 2. Kxc3 volgt 2... Ta1. Het paard op d1 kan nergens heem en verdedigen is ook niet zo'n succes:
3. Kc2 Txd1 gevolgd door bijv. 4. Kxd1 Kxb2.
3. Te2 Lb4+ 4. Kc2 Ta2+ is ook niet zo prettig.

Tot vanavond

Roelof

Anoniem zei

Dag Albert,

Het is fijn dat Shocking Blue in de 60er jaren bijdroeg aan de algemene kennis van namen uit de mythologie (nl. door hun monsterhit ``Venus''), maar hun titel ``Out of sight, out of mind'' klopt wat mij betreft niet: ik zal ook vanavond weer met je meeleven (als je tenminste speelt in Ten Boer) en gun je een revanche voor vorige week!
De oplossing van opgave 28 (en, heel gewaagd, ik stuur hem op zonder Roelofs reactie te hebben bekeken) moet zijn: 1....Pxc3, 2.Kxc3 Ta1! en wit zit helemaal klem.
hartelijke groet uit Friesland!

Jan