vrijdag, september 22, 2006

Opgave 32

Voor opgave 32 blijven we nog even bij de Olympiade van Leipzig, 1960. Opgaven uit meer recente tot zeer recente Olympiadepartijen zijn overigens op komst.


In onderstaande stelling dacht zwart op winst te staan. Hij had gelijk! Zijn eerstvolgende zet was 1. ... Tg6, een zet die tamelijk voor de hand lijkt te liggen, omdat 2. Txg6 tot promotie van de zwarte f-pion leidt. Een andere torenzet kan uiteraard niet wegens schaak, terwijl 2.Td6+ natuurlijk ook de oplossing niet is.

1) waarom was deze zet toch niet in orde?
2) wat was wits antwoord en hoe liep de partij af?
3) wat was de winnende zwarte zet geweest?

De oplossing, samen met die van opgave 33 (komt over enkele dagen), is in het weekend van 30-31 september te zien op dit weblog.

Kijk morgen/overmorgen op Alberts SchaakBlog voor de antwoorden op de nrs. 30 en 31!!

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Ik denk dat 1... Tg6 beantwoord wordt met 2. c6+ bxc6 3. Txf2. Wit wint één van de zwarte pionnen en dan ontstaat een remise eindspel.

In plaats van 1... Tg6 is ook 1... f1D mogelijk. Na 2. Txf1 Tb2+ lijkt me zowel 3. Ka5 Tb5+ 4. Ka4 Txc4 als 3. Ka7 Kc6 met pionwinst op c5 (4. Tf7 Kxc5 5. Txb7 Txb7 6. Kxb7 a5 is ook vrij vervelend) gewonnen voor zwart

Roelof

Albert Prins zei

Roelof,

Namens de webmaster: hartelijk dank! Jouw winstvoering is anders dan in "in de bron", maar lijkt zeer juist.

Albert.

Anoniem zei

Hmm... Ik ben wel wat vergeten. Wit kan natuurlijk na 1... f1D ook eerst 2. c6+ spelen, waarna er maar één pion overblijft. Overigens wel een pion die die minder last heeft van wits koning doordat die door de toren op de b-lijn in bedwang wordt gehouden. Bijv. 1... f1D 2.c6 bxc6 3. Txf1 Tb2+ 4. Kxa6 . Ik weet niet of dit genoeg is voor winst. Het is wel direct op te zoeken, want volgens mij het Nunn ooit eens een héél boek geschreven over T+P tegen T, waarin hij alle mogelijke posities van T, P en K tegen T en K heeft beschouwd.

Roelof